Heffing in box 3 vanaf 2023
De heffingsgrondslag van het vermogen van box 3 gaat uit van de werkelijke verdeling van jouw vermogens over drie vermogensgroepen:
- Banktegoeden
- Overige bezittingen (onder meer beleggingen en onroerend goed)
- Schulden
Per categorie geldt een eigen forfaitair rendement. Voor het spaargeld wordt uitgegaan van een forfaitair rendement op basis van de actuele spaarrente. Bij het vaststellen van het forfaitair rendement van beleggingen wordt uitgegaan van het meerjarige gemiddelde rendement op beleggingen. Voor schulden wordt aangesloten bij de hypotheekrente.
Het rendement per vermogenscategorie is de waarde van het vermogensbestanddeel vermenigvuldigd met het daarbij behorende rendementspercentage. Bij een negatief rendement wordt het rendement op nihil gesteld. We geven de bekendgemaakte percentages hierna weer.
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
Banktegoeden: rente% deposito's DNB |
0,25 | 0,12 | 0,08 | 0,04 | 0,01 | 0,00 | 0,92 | 1,03 |
Schulden: hypotheekrente | 3,43 | 3,2 | 3,0 | 2,74 | 2,46 | 2,28 | 2,46 | 2,47 |
Overige bezittingen: langetermijnrendament | 5,39 | 5,38 | 5,59 | 5,28 | 5,69 | 5,53 | 6,17 | 6,04 |
In de jaren 2023 tot en met 2026 wordt in ieder geval box 3 geheven op basis van deze methode. De percentages over 2024 zijn voorlopig.