De Piramide van Loyaliteit
1. Verbintenis
Iedere samenwerking begint met een verbintenis. Deze verbintenis betekent dat de ene partij toetreedt tot het domein van de ander. Dat domein kan het bedrijf, de afdeling, een team zijn. Of collega’s, klanten en leveranciers. Maar ook het gezin van de medewerker die zijn tijd, inzet en huishouding gaat organiseren rondom de werktijden en het salaris van het bedrijf.
Vanzelfsprekend gebeurt dit alleen als je de andere partij vertrouwt. En dat is een gevoelskwestie.
Een verbintenis betekent als het ware dat iemand toetreedt tot ‘de kudde’. En daarmee beschermd wordt door de leider en de groep zelf. Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat je op enig moment zegt: “die Jan is altijd Haantje de voorste, maar het is wel ONS Haantje de voorste!” Met andere woorden: je accepteert dat iemand is wie hij is, ieder zijn eigenaardigheden, maar dat je hem niet zult afvallen naar anderen. Dát is een verbintenis.
2. Verwachting
Uiteraard gaan jullie niet zomaar een dergelijke precaire verbintenis aan. Jullie hebben daar een bepaalde verwachting bij. De werkgever wil bijvoorbeeld dat een specifiek deel van een bedrijfsproces wordt uitgevoerd, zoals dat in de functiebeschrijving beschreven staat. Er is echter niemand die iedere ochtend zijn functiebeschrijving erbij pakt om te bepalen wat hij die dag gaat doen.
Onze werkwijze is in het algemeen gebaseerd op interpretatie. Wij doen ons werk vanuit de inschatting dat wij werken in het belang van de groep waarmee we ons verbonden voelen, ofwel de verbintenis hebben. En we schatten in dat die groep, als die het bedrijf of de afdeling betreft, gebaat is bij:
- een hoge omzet;
- goede klantrelaties;
- toegevoegde waarde aan de klant;
- lage kosten, et cetera.
En de werknemer verwacht daar iets voor terug, bijvoorbeeld dat het salaris op tijd wordt betaald en leidinggevenden en collega’s blij met hem zijn.
3. Intentie
Vanuit de verbintenis met de groep en de verwachting die wij hebben, geven wij invulling aan de functie. Dat gebeurt vol overgave en doet ieder op zijn eigen manier. Je kunt vijf mensen op dezelfde functie hebben, toch zullen ze ieder een eigen saus gieten over hun werk.
- De één is gericht op mensen en zal zich onderscheiden door goed klantcontact.
- De ander die van nature planmatig werkt, zal orde brengen in de hectiek.
- Weer een ander, die niet zo van het plannen is, komt met ideeën om dingen anders aan te pakken.
- En er is ook een categorie medewerkers die beter willen zijn dan anderen, competitief ingesteld zijn. Het kunnen dissonanten zijn in het team, maar als de neuzen goed staan, kunnen deze winnaars veel bereiken, waar anderen afhaken.
Twijfel nooit aan de intentie van de medewerker, dat wordt ervaren als wantrouwen
Het is dus van belang dat als je bijzonder gedrag waarneemt, je niet twijfelt aan de intentie van de medewerker, maar dat je onderzoekt hoe iemand in elkaar steekt. Dit is het terrein waarop veel arbeidsconflicten ontstaan. Twijfel je aan iemands intentie, dan wordt dat door de andere partij ervaren als een motie van wantrouwen. Dat, terwijl iemand juist met zijn beste kunnen, zijn karakter, de intentie heeft om het bedrijf / het team te dienen.
4. Resultaat
Het resultaat van iemands werk bestaat grotendeels uit persoonlijke interpretatie. Wat denkt hij dat het beste is voor de groep? Hoe is hij gewend samen te werken en met weerstand om te gaan, bijvoorbeeld als hij niet beschikt over de middelen die nodig zijn voor het werk?
Het resultaat van zijn werk zit hem in een product of dienst, maar ook in de manier waarop hij zich verhoudt tot collega’s, leveranciers en klanten. Sociaal gedrag is echter vaak niet aan de orde tijdens de sollicitatieprocedure. Het is het resultaat van het aftasten van de reactie van de leidinggevende en de groep op het handelen van de medewerker.
5. Waardering
Waardering is feedback en van groot belang in de zoektocht naar hoe de medewerker denkt dat hij invulling moet geven aan zijn contract. Waardering ervaart hij niet alleen in de vorm van complimenten (ze zijn gratis, dus wees hiermee niet te zuinig).
Ook in de mate waarin hij betrokken wordt bij uitdagingen van het bedrijf of het team. Daarnaast is het gepresenteerd krijgen van informatie belangrijk, data waardoor hij weet of de groep op koers ligt. Juist door de medewerker hierbij te betrekken, ervaart hij dat hij verbonden is.
6. Veiligheid
Door vormen van waardering ervaart de medewerker dat hij verbonden is met de groep. Dit resulteert in een gevoel van veiligheid. Als hij zich niet veilig voelt in de groep, komt dat omdat hij onzeker is over de verwachting die het bedrijf van hem heeft. Of omdat de medewerker voelt dat er twijfel bestaat aan zijn intentie.
Als iemand zich niet veilig voelt, zal hij conformistisch gedrag laten zien
In dat geval duikt hij weg en laat hij conformistisch gedrag zien: gedrag waardoor hij niet opvalt in de groep. Hij zal dan niet als eerste de vinger opsteken als zaken uit de rails gaan lopen, of als er mooie kansen liggen.
7. Ontwikkeling
Indien de medewerker veiligheid ervaart, weet dat hij bescherming geniet van zijn leidinggevende. Dat weet hij, omdat de leidinggevende hem als mens heeft leren kennen, hem accepteert, hem inzet bij de dingen waar hij goed in is, niet twijfelt aan zijn intentie en hem meeneemt in de uitdagingen van het bedrijf.
Hij zal het beste laten zien dat hij in huis heeft, daardoor ontwikkelt hij zich en dat voegt nog meer waarde toe aan zijn dienstverband.